Vragen n.a.v. preek ds. R. de Jong in de morgendienst op 27 juni 2021
Bijbelgedeelte
Job 3 : 1-5 en Job 4 : 1-17 (is ook het tekstgedeelte)
Daarna opende Job zijn mond en vervloekte zijn geboortedag. Job nam het woord en zei: Laat de dag vergaan waarop ik geboren ben, en de nacht waarin men zei: Er is een jongetje ontvangen. Laat die dag duisternis zijn; laat God er vanuit de hoogte niet naar vragen, en laat er geen lichtglans over schijnen. Laat de duisternis en de schaduw van de dood hem opeisen, laat wolken hem overdekken, laat verduisteringen van de dag hem angst aanjagen!
Toen antwoordde Elifaz, de Temaniet, en zei: Als wij een woord tot jou trachten te richten, bezwijk je dan? Echter, wie zou nu zijn woorden kunnen inhouden? Zie, je hebt velen onderwezen, en je hebt slappe handen versterkt. Je woorden hebben degene die struikelde, opgericht, en de knikkende knieën heb je sterk gemaakt. Maar nu overkomt het jezelf, en je bezwijkt; het treft je, en je wordt door schrik overmand. Is je vrezen van God dan niet je verwachting, de oprechtheid van je wegen je hoop? Denk er toch aan: wie is ooit als onschuldige omgekomen, en waar zijn er ooit oprechten uitgeroeid? Maar zoals ik gezien heb: zij die onrecht ploegen en moeite zaaien, oogsten dat ook. Door de adem van God komen zij om, en door het blazen van Zijn neus worden zij vernietigd. Het gebrul van de leeuw, de stem van de felle leeuw, maar de tanden van de jonge leeuwen worden gebroken. De leeuw komt om, omdat er geen prooi is, en de welpen van een leeuwin worden verspreid. Verder, er is in het geheim een woord tot mij gebracht; mijn oor heeft er een fluistering van opgevangen, in de beangstigende gedachten van de visioenen in de nacht, als een diepe slaap op de mensen valt. Angst en huiver kwamen over mij, en zij joegen de veelheid van mijn beenderen angst aan. Een geest trok aan mijn gezicht voorbij; hij deed het haar van mijn lichaam te berge rijzen. Hij bleef staan, maar ik herkende zijn gedaante niet; er was een gestalte voor mijn ogen. Er was stilte, en toen hoorde ik een stem, die zei: Zou een sterveling rechtvaardig zijn tegenover God? Zou een man rein zijn voor zijn Maker?
Thema van de Preek:
Job breekt en Elifaz spreekt.
1. Het vloeken dat Elifaz hoort
2. Het verwijt dat Elifaz maakt
3. Het visioen dat Elifaz krijgt
Vragen/overdenkingen
1. God straft onze zonden. Hoe denk jij hierover ?
2. Ongelovigen hebben het moeilijk en gelovigen gaat het voor de wind.
a. Is deze stelling Bijbels juist ?
b. Wat is jou mening hierover ?
3. Kun jij je vergelijken met Job en zijn situatie? Hoe zou jij reageren?
4. Begrijp jij de reactie van Job?
5. Heb jij ook dingen waar je mee zit? Heb je dan ook iemand waarbij je terecht kan?
Leestip n.a.v. de preek:
Jeremia 20
Jeugdsectie Ichthus