Kunt u uzelf kort voorstellen?
Mijn naam is Remco de Jong. Ik ben geboren in Beiroet, de hoofdstad van Libanon, gelegen aan de Middellandse Zee. Toen ik enkele weken oud was, ben ik geadopteerd door mijn Nederlandse ouders, die me een liefdevol en warm nest boden. Inmiddels ben ik veertig jaar oud en getrouwd met Heleen (33). Samen hebben we twee kinderen gekregen. Onze dochter Nadira is vier jaar oud en ons zoontje Daníl inmiddels twee jaar.
U (heeft) (ge)werkt als rechercheur. Kunt u iets over dit werk vertellen? Wat waren uw taken en wat sprak u aan in dit beroep?
In januari 2020 loopt mijn contract bij de politie af. Ik heb dan een kleine achttien jaar voor onze overheid gewerkt. Ik heb altijd gediend in de stad Groningen, een mooie en dynamische stad. Eerst heb ik een aantal jaren op straat dienst gedaan in uniform. Meestal draaide ik dan de zogenaamde noodhulpdienst, die 24 uur per dag in actie komt bij 112 meldingen. Het was een uitdagende functie waarin je allerlei soorten meldingen afhandelde. Later heb ik wat meer verdieping gezocht. Deze diepgang vond ik in de recherche. Ruim tien jaar heb ik met veel plezier als rechercheur gewerkt. In deze functie heb ik een groot aantal onderzoeken gedraaid. Om enkele voorbeelden te noemen: schietincidenten, moord- en doodslagonderzoeken, overvallen, straatroven en brandstichtingen. Mijn takenpakket strekte zich daarbij uit tot arrestaties, verhoren van verdachten en getuigen, het afluisteren van telefoongesprekken (tappen) en onderzoek doen op plaatsen delict. Het laatste spraakmakende incident waarbij ik beroepsmatig betrokken was, was de Groninger bioscoopmoord van enkele weken geleden.
Heeft u God kunnen ervaren in dit beroep? Zo ja, hoe?
In de eerste plaats bepaalt mijn verhouding tot de Heere hoe ik mensen benader en behandel. Toen Jezus langs het tolhuis van Levi kwam, zag Hij een mens, zo schrijft Mattheüs (Mattheüs 9:9). Dat betekent dat Jezus Levi niet in de eerste plaats zag als tollenaar, maar als mens, als íemand. Zo probeer ik ook mijn medemens te zien. Zelf moet ik van genade leven en daarom probeer ik in mijn houding daar iets van uit te stralen. In de verhoorkamer zie ik de verdachte dan ook als mens. Ik probeer daarbij de mens los te zien van zijn verkeerde daden. Uiteraard moet er recht gedaan worden en genoegdoening plaatsvinden, maar deze wetenschap bepaalt wel de toon.
Verder hoop ik dat ik op bepaalde momenten het verschil heb kunnen maken in levens van mensen. Politiewerk heeft vaak betrekking op leven en dood. Juist in die gevallen kan een christen een ander perspectief laten zien dan iemand die niet in God gelooft. Ik geloof niet dat dit op een ‘prekerige’ of ‘belerende manier’ moet gebeuren, maar dat daarbij vooral aandacht en empathie doorslaggevend zijn.
Wat deed u besluiten om dominee te worden?
Op verschillende momenten in mijn leven heeft de Heere door middel van Zijn Woord heel duidelijk tot mij gesproken. Zo kwam de tekst ‘predik het evangelie aan alle schepselen’ (Marcus 16:15) heel nadrukkelijk tot me door middel van persoonlijk Bijbellezen en preken die ik beluisterde of bijwoonde. Ik heb dit heel sterk ervaren als een roeping tot predikant, wat later ook duidelijk door God is bevestigd.
Hoe reageerde uw omgeving toen u besloot dominee te worden?
De eerste met wie ik dit besproken heb was mijn vrouw Heleen. Zij reageerde positief omdat zij ook Gods stem opmerkte in deze roeping. Hier ben ik tot op vandaag erg dankbaar voor, omdat je dit ambt in feite samen op je neemt. Mijn ouders en schoonouders moesten aanvankelijk wel even wennen aan ons voornemen. Ik had natuurlijk een vaste baan die de nodige stabiliteit en perspectief bood voor de toekomst. Toch zien zij achteraf dat het Gods weg is geweest om de gang naar het predikantschap te gaan. Mijn collega’s reageerden ook positief en hebben altijd hun respect uitgesproken voor de keuzes die we maakten. De theologische studie betekende dat ik minder moest gaan werken. Ook betekende het een combinatie van werk, studie en een jong gezin: veel pannetjes op het vuur dus. Het gaat niet om mij als persoon, maar velen hebben herhaaldelijk hun waardering uitgesproken voor de offers die we brachten en de toewijding die hierin naar voren kwam.
U heeft al eerder binnen de Ichthusgemeente belijdeniscatechisatie gegeven. Hoe heeft u deze tijd ervaren?
Dit is voor mij in veel opzichten een rijke tijd geweest. De sfeer was altijd ontspannen en ongedwongen. Ik heb heel duidelijk een klik ervaren met de jongeren. We hebben samen veel onderwerpen uit de geloofsleer behandeld met een open Bijbel. Luisterend naar Gods stem hebben we zo de weg afgelegd naar het moment waarop veertien jongeren hun jawoord voor de Heere en Zijn gemeente hebben mogen afleggen. De dienst waarin dit jawoord klonk heb ik in het bijzonder als feestelijk en gezegend ervaren.
U heeft vier beroepen gehad. U heeft het beroep CGK Ichthus Urk aangenomen. Kunt u dit besluit toelichten?
De periode waarin we een besluit moesten maken, hebben we vooral biddend doorgebracht. Daarbij was het steeds onze vraag of de Heere ons duidelijk wilde maken waar onze weg naartoe moest gaan. Zo hebben we ook steeds intensief gebeden voor de gesprekken die we met de verschillende kerkenraden hebben gevoerd. In de beroepsbrief die de broeders van Urk Ichthus ons brachten, stond de tekst waarmee we ons geroepen weten tot het ambt. Deze tekst is later nog op verschillende momenten teruggekomen. Hierin zagen we een bevestiging om het beroep naar Urk aan te nemen. Ook psalm 27 heeft in het beroepingswerk een bijzondere rol gespeeld. De ervaring die we tot nu toe met jullie als gemeente hebben opgedaan, hebben ons alleen maar meer bevestigd in de gemaakte keuze. De contacten voelen als een warm bad en ook jullie hartelijkheid is hartverwarmend.
Wilt u de jongeren nog iets meegeven?
Er komt veel op jullie af. Enerzijds liggen er veel verleidingen op de loer, die door middel van de sociale media binnen handbereik zijn. Anderzijds ligt de lat voor jullie vaak hoog. Je moet presteren, je moet er goed uitzien en je leven moet aan alle kanten perfect zijn. De sociale media vragen om dit allemaal breed uit te meten en te etaleren naar buiten toe. Er wordt zodoende een enorme claim op je gelegd. Probeer je identiteit echter niet te ontlenen aan dat wat mensen van je vinden. Het zijn niet de ‘likes’ die tellen. Je identiteit en je waardigheid mag je zoeken en vinden in Jezus Christus. Zoek Hem vooral nu je jong en gezond bent. Hij wil gevonden worden en bij Hem ben je welkom zoals je bent. En heb je Hem door genade leren kennen? Wandel dan in Zijn liefde en probeer zo het licht van Zijn Koninkrijk te verspreiden, op Urk en daarbuiten.