Hein Coenen heeft een halfjaar vrijwilligerswerk gedaan in het dorpje Paicu in Moldavië. Hij blikt terug en vertelt hoe God hem heeft geleid.
Stel jezelf eens voor.
Hey, ik ben Hein Coenen. Ik ben 25 jaar oud en werk momenteel bij CameraNU als boekhouder. Naast mijn werk heb ik een halfjaar vrijwilligerswerk gedaan in het dorpje Paicu in Moldavië.
Kan je vertellen wat voor vrijwilligerswerk je precies in Moldavië hebt gedaan?
In eerste instantie zou ik alleen gaan helpen met de boekhouding. Ik heb toen binnen twee weken de kosten van het kindertehuis inzichtelijk gemaakt. Daarna wilde ik nog op allerlei manieren de mensen in het dorp Paicu helpen.
Ik heb veel voedselpakketten rondgebracht bij de mensen die het nodig hadden. Ook zorgde ik voor kippen en geiten zodat de mensen zelf ook voor hun voedsel kunnen zorgen. Daarnaast hielp ik met allerlei kleine klusjes in het dorp, zoals onkruid wieden, graven voor water aan- en afvoer, schuren en lakken van balken voor het dak, grasmaaien, schoonmaken van de kerk en mensen ophalen voor de kerkdiensten en maandelijkse thema-avonden. Ik hielp gewoon waar hulp nodig was.
Wat geeft jou de motivatie om dit werk in Paicu te doen?
God en God alleen. God heeft aan mij duidelijk gemaakt dat ik dit moest doen. Ik leefde 25 jaar nagenoeg voor mezelf terwijl God al die tijd al voor mij zorgde. Toen ik dat besefte, kon ik er niets meer tegenin brengen en wilde ik een halfjaar andere mensen helpen zonder daar zelf iets aan over te houden.
Hoe heb jij de aanwezigheid van God gevoeld in Moldavië?
Ik heb zeker de aanwezigheid van God gevoeld in Paicu. De ene keer meer dan de andere keer, maar God was overal bij. God is hard aan her werk in Paicu. Dit is nu al te zien aan de natuur rond het dorp ten opzichte van vorig jaar. Ook heeft mijn tijd in Moldavië mijn relatie met God versterkt. Ik maakte daar meer tijd voor Bijbellezen en bidden.
Wat is jou het meest bijgebleven van jouw werk ik Paicu?
Ik denk iedere dag aan de mensen daar. Wat me het meest is bijgebleven is de dankbaarheid van de mensen daar. Als ik ergens mee hielp, wat heel normaal voor me was, konden zij daar al zo dankbaar voor zijn. Daar kan ik alleen maar stil van worden.
Kan je de band die je hebt opgebouwd met de mensen in het dorp beschrijven?
De mensen in Paicu zijn eigenlijk mijn tweede familie geworden. Ik heb in een halfjaar een heel sterke band opgebouwd, voor zover die er nog niet was. Het communiceren ging ook vrij natuurlijk voor mij. Er waren veel mensen in het dorp die Engels konden spreken. Ook kon ik met mijn gebrekkige Roemeens wel een praatje maken met de mensen.
Ben je van plan om nog meer vrijwilligerswerk in een ontwikkelingsland te doen?
Ik zou zelf heel graag willen helpen op de plekken waar God mij wil gebruiken. Ik ben sowieso van plan om meerdere malen per jaar de mensen in Paicu op te zoeken. Ik ga bijvoorbeeld in oktober weer twee weken heen om meer vrijwilligerswerk te doen. Het werk in Moldavië is voor mij wel heel moeilijk te combineren met mijn werk op Urk, ik kan niet nog eens een halfjaar wegblijven. Ondanks dat wil ik graag helpen waar God mij naartoe leidt.