‘Van wie bin jie ‘r iene?’

Pasen, Hemelvaart en Pinksteren, de tijd waarin veel jongeren (en ouderen niet te vergeten!) belijdenis van het geloof doen.

Sommigen mit een skriebel bientjen en anderen vol overtuiging. Wat ontzettend gaaf als jij ook belijdenis mag doen, of al hebt gedaan. Wat mooi als je er als omstander bij mag zijn, ook al denk je:

‘Pff, 30 man, dat wordt een lange zit’.

Ik hoop dat degenen die belijdenis mogen doen, getuigenis afleggen, ja zeggen, jou ook kunnen bewegen om die stap te maken.

‘Nou uh, dat durref ik niet or!’ ‘Ik wiet ut nog niet zieker…’ ‘Ik doen ut nou al in m’n broek…’

Je zult vast je opmerkingen wel klaar hebben liggen. Is belijdenis doen niet een beginpunt? Als ik jou nou eens vraag: ‘van wie bin jie ‘r iene?’ Dan kun jij zeggen: ‘Ik bin ‘r iene van…’ en dan de naam van je vader of moeder, de bijnamen van je familie enz. Je weet bij wie je hoort. Je zegt niet: ‘Ik dink dat ik ‘r iene bin van…’ Tuurlijk kun je in het geloofsleven soms ‘twijfelen’ (al is dat niet helemaal het goede woord). Soms weet je niet helemaal hoe en wat. En heb je je vragen bij bepaalde dingen. Daar ben je mens voor denk ik dan (en dat weet Hij). En ik kan het helemààl goed begrijpen als de dominee bepaalde zekerheden die je moet(?) hebben op gaat noemen:

bijv. het verlangen van Jezus’ terugkomst. Mogen we niet ‘klein’ beginnen? Met alleen maar ‘liefde’ als uitgangspunt? Je bent van Hem. Hij heeft jou lief. Jesaja 43, Psalm 139 zijn er de voorbeelden van: ‘Je bent van Mij’. Van wie bin jie ‘r iene? Ik denk dan aan het beeld van een vader (dat echt ontelbaar veel voorkomt in de Bijbel). Stel je voor je vader is een paar weken weg voor zijn werk. Je kunt met hem bellen, e-mailen, skypen enz. Is hij bij je? Nee dat niet. Maar hij is en blijft je vader, toch? Je kunt nog steeds zeggen: ‘Ik bin d’r iene van…’ Soms ‘ervaar’ je God niet, ‘twijfel’. Is Hij er dan niet?

Denk eens aan die vader, hij is er wel, maar hij belt je niet elke minuut. Maar je weet dat hij er is.

Soms kan het ‘stil’ zijn. Hij is en blijft je vader. Ook dat hoort bij het geloofsleven. Hij is er wel. Soms ‘belt’ Hij jou, soms moet je Hem zelf ‘bellen’. Maar Hij is en blijft je Vader… Hij is het wel of hij is het niet.

Ik niem an dat je wieten van Wie jie ‘r iene binnen, maar wil je ‘r ok iene van ‘M weezen?