Zo op ut oge likt ut iel wat, dat eus doar varderop.
Als je dichterbij komt lopen zie je de groezelige gordijnen, verrotte bloemen die er zeker al een jaar staan, een scheve deur, en als je goed kijkt zie je dat het huis eigenlijk toe is aan vervanging, het is verzakt en er zitten scheuren in de muren. In het huis brandt al jaren geen licht meer. Je weet wel wie er woont, maar ja, je kuunen niet achter de vuurduur kieken… Wij kijken naar het huis en denken: de schilder er doorheen, muren opnieuw laten stuken, een nieuwe deur. Want:
doar zou je vor je verdriet niet willen woenen immers?
Maar wat als de eigenaar van het huis het zelf niet wil laten verbouwen? En het wel prima vindt in zijn eigen huis? Dan heb je als buitenstaander makkelijk praten. Of misschien wil hij het zelf wel verbouwen, maar stelt hij het iedere keer uit, en lukt het hemzelf eigenlijk niet…
Aan het huis ligt het niet, het ligt aan de eigenaar zelf. Wie woont er?
En als de Geest van Hem Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in u woont, zal Hij Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, Die in u woont. – Romeinen 8:11 (HSV)
Als we Romeinen 8: 1-11 lezen, lezen we dat de Geest er woont. Hij woont er, ook al zeggen anderen:
‘Doar zou je ok vor je verdriet niet willen woenen.’
Maar ja, de vorige bewoner huist er ook nog… De Geest wil het hele huis vernieuwen, platgooien, vanaf de grond opnieuw opbouwen. De eerste tijd dat Hij er woont zal Hij de scheuren dicht maken, er een nieuwe deur inzetten, nieuwe gordijnen ophangen. Maar eerst moet die oude bewoner eruit. Dan pas kan de Geest, in opdracht van de Aannemer, aan de slag om het huis naar Zijn zin te maken.
Zet je huis open, zodat de Geest aan de slag kan. Om je aardse, tijdelijke woning bruikbaar te maken, en het dienst kan doen. In de woning zullen nog steeds gelijmde scheuren en gebreken zijn. Hier op aarde is dat goed genoeg. Later zal je woning worden platgegooid en zal het huis opnieuw worden opgebouwd, deze keer met goede Fundering, en de juiste Bewoner.
Is er voor jou nieuwe huis al een bouwvergunning?
Je mugen de Anniemer wel dr’s bellen, ik wiet nog wel een Mannetjen…