Daar sta ik dan. Op de meest bizarre plek waar ik ooit geweest ben. De plek waar leven en dood zo dicht bij elkaar hebben gelegen. Ik krijg het spontaan koud als dat tot me doordringt. Zoals een overlevende het later beschrijft: “Een plek waar de hel leek losgebarsten te zijn.” De plaats waar grote letters boven de ingang van de poort een andere betekenis proberen aan te duiden, om de werkelijkheid te verbloemen: “Arbeit macht frei.” Maar Auschwitz was niets anders dan een plek waar de dood het meer en meer won van de vrijheid.
Met een warme bus werden we die ochtend voor een paar euro naar onze bestemming gebracht om een bezoek te brengen aan Auschwitz. Een boek mee, muziekje aan, dat beviel eigenlijk wel prima. Waar ik later pas écht bij stil stond, was het feit dat er tachtig jaar geleden ook mensen deze kant op gingen. Maar deze mensen hadden niet de warmte en de luxe die ik had. Sterker nog: op een onnatuurlijke manier werden zij hardhandig in treinwagons geduwd. Van die wagons waar eerder nog vee in vervoerd werd. De mensen waren opgejaagd. Uiteengerukt van families en vrienden. Een onzekere toekomst tegemoet. Was er wel een toekomst?
Het bezoek aan Auschwitz maakt stil. Heel stil. Foto’s en restanten van persoonlijke spullen tonen een onuitputtelijke overlevingsdrang van mensen, gepaard met een lichtje hoop. Maar tegelijkertijd ook het afschuwelijke einde van 1,3 miljoen mensenlevens. Waarvan het besef nog dichterbij komt wanneer ik in één van de gaskamers sta van Auschwitz Birkenau II. De plek waar mensen massaal werden vermoord. Zonder goede reden. Misschien komt deze vraag bij jou ook naar boven: ‘Hoe kun je ooit hoop blijven houden in zo’n (uitzichtloze) situatie?’ Dit heb ik me mezelf de afgelopen tijd heel vaak afgevraagd. Hoe dan?! Door je ogen alleen op Jezus te richten!
Jezus weet als geen ander hoe het is om te lijden. Om smarten te dragen. Als één persoon ooit op deze aarde onschuldig heeft geleefd, was Hij het wel. En toch moest Hij de schuld dragen. ‘Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is ons genezing geworden.’ (Jesaja 53:5)
Het belangrijkste doel waarom Christus moest lijden en het lijden gewillig heeft ondergaan is deze: om de wereld te redden. Om de mens te redden. Om … te redden. (Kun je hier jouw naam invullen?)
Ondanks al het ongeloof van de mensen, bespotting, verachting, uitdagen, slaan, geselen, het ontnemen van kleren en waardigheid en uiteindelijk de kruisdood op Golgotha, gaf Hij niet op. Omdat de wereld niet het laatste woord had. En dat zal de wereld ook nooit krijgen. Omdat Christus zelf de grote Overwinnaar is!
Er is uiteindelijk alleen sprake van een onwankelbare hoop als je verwachtingsvol kunt uitkijken naar de Toekomst. Ongeacht de afschuwelijke situatie in Auschwitz, 75 tot 80 jaar geleden. Ongeacht de grote hongersnoden in delen van de wereld. Ongeacht oorlogen, vervolgingen en zoveel andere ellendige situaties op deze wereld, die je zelf waarschijnlijk wel weet in te vullen. Sara Kestenbaum overleefde Auschwitz en schreef: ‘For me, Faith was hope.’ (Zie de bijgevoegde foto.) Die hoop is er ook vandaag. Ongeacht de persoonlijke situatie en omstandigheden waar je op dit moment in leeft, die achter je liggen of die je misschien nog mee zult moeten maken. Het kennen van Christus geeft een onwankelbare hoop en vertrouwen. Waarom? Omdat de aarde niet het eindstation van ons leven is. Het is (maar) een doorgang naar het eeuwige leven. Jezus laat ons dit zo duidelijk zien in Zijn Woord: de vreugde die in Hem te verkrijgen is, hangt niet af van de omstandigheden waarin we leven. ‘Daarom dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom ons hebben liggende, laat ons afleggen allen last, en de zonde, die ons lichtelijk omringt, en laat ons met lijdzaamheid lopen de loopbaan, die ons voorgesteld is; Ziende op den oversten Leidsman en Voleinder des geloofs, Jezus, Dewelke, voor de vreugde, die Hem voorgesteld was, het kruis heeft verdragen, en schande veracht, en is gezeten aan de rechter hand des troons van God.’ (Hebreeën 12:1-2)
Bezit je die vreugde en die hoop in Christus? Daar komt het op neer. Het verwachten van die Ene. Die dat alleen te bieden heeft. Juist als omstandigheden daar niet naar lijken te zijn, dan is daar die Ene die eeuwige hoop biedt. Wat houd je tegen om dat te geloven? ‘En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.’ (Romeinen 8:28) Het is mijn verlangen dat je op deze woorden, voor het eerst of opnieuw: AMEN kunt zeggen. Met je hele hart. Dan alleen bezit je Hoop die de grenzen van dit leven voorbijgaat.
Christina van den Berg